Berichten

BOR

De fiscale voordelen van een schenking of vererving van aandelenbelangen

De Hoge Raad heeft op 22 april 2016 een belangrijke uitspraak gedaan over de toepassing van de BOR (bedrijfsopvolgingsregeling voor de erf- en schenkbelasting). De toepassing van de BOR levert zeer gunstige belastingvrijstellingen op. Ben jij ondernemer en geïnteresseerd in belastingregelingen met betrekking tot erven en schenken? Lees dan verder.

De BOR

De BOR kan worden toegepast als de erflater een (direct) aandelenbelang van >5% in een (holding-)BV mét ondernemingsvermogen had. Er zijn dus twee vereisten:

  • De BV moet ondernemingsvermogen hebben.
  • De erflater moet een aandelenbelang van >5% in die BV hebben.

Belangrijk is dus om eerst te bepalen of de (holding-)BV zelf ondernemingsvermogen heeft. Is dat het geval dan mag – onder voorwaarden – ook het ondernemingsvermogen van andere vennootschappen aan het vermogen van die holding-BV worden toegerekend. De BOR ziet dan dus niet alleen op het (directe) aandelenbelang van een erfgenaam in een BV, maar ook op het (indirecte) aandelenbelang van een erfgenaam in een vennootschap.

Casus: hoeveel % belang heeft erflater Hans?

Erflater Hans van Grunsven (fictief) overlijdt in november 2010. Hans was in gemeenschap van goederen gehuwd met Anne. Tot de huwelijksgoederengemeenschap hoorde een belang van 6,89% in Van Grunsven BV. Anne heeft door vererving zeven aandelen in Van Grunsven BV verkregen. Van Grunsven BV is een holding-BV met aandelenbelangen in verschillende actieve werkvennootschappen over de hele wereld. Een van die vennootschappen is Dikhout Ltd., waarin Van Grunsven BV ten tijde van het overlijden van Hans een belang hield van 70,6%. Het indirecte belang van Hans in Dikhout Ltd. (via Van Grunsven BV) was daardoor 4,86%.

Kan de BOR toegepast worden?

De vraag is nu of de BOR van toepassing is op het door Van Grunsven BV gehouden belang in Dikhout Ltd. en daardoor op het aandelenbelang van Hans in Van Grunsven BV.

In dit geval krijgt Anne weliswaar een (direct) aandelenbelang van >5% in Van Grunsven BV, maar die heeft zelf geen ondernemingsvermogen. Volgens de inspecteur hoeft er dan niet verder te worden gekeken. De BOR is niet van toepassing op de vererving van de aandelen in Van Grunsven BV aan Anne en al helemaal niet op de (indirect gehouden) aandelen in Dikhout Ltd. Op deze manier levert de BOR geen fiscale voordelen op.

Welke regels past de Rechtbank toe?

De Rechtbank is echter van mening dat bij de bepaling of Van Grunsven BV ondernemingsvermogen heeft, de normale regels van ‘vermogensetikettering’ moeten worden toegepast. Volgens die regels moet het ondernemingsvermogen van de andere vennootschappen worden toegerekend aan het (ondernemings-)vermogen van Van Grunsven BV, omdat de activiteiten van die andere vennootschappen in lijn liggen met die van de Van Grunsven BV. Door deze manier van bepalen of een holding-BV wel of geen ondernemingsvermogen heeft, wordt dus niet alleen veel eerder toegekomen aan de toepassing van de BOR op het (direct) gehouden aandelenbelang van >5% in de holding-BV, maar ook op de (indirect) gehouden aandelenbelangen <5% in de andere vennootschappen.

Inspecteur in hoger beroep bij het Hof, Anne stapt daarna naar Hoge Raad

De inspecteur gaat in hoger beroep bij het Hof en wordt door het Hof in het gelijk gesteld. Anne gaat vervolgens in cassatie bij de Hoge Raad. Die kijkt dan naar hoe het Hof de wet heeft toegepast in dit geval. De Hoge Raad is uiteindelijk van mening dat het actieve ondernemingsvermogen van Dikhout Ltd. wel mag worden toegerekend aan het vermogen van Van Grunsven BV, bij de bepaling of Van Grunsven BV ondernemingsvermogen heeft. De normale regels van vermogensetikettering mogen daarbij dus toegepast worden. Daardoor mag de BOR worden toegepast op zowel het tot de nalatenschap van Hans behorende (directe) aandelenbelang in Van Grunsven BV, maar ook op het (indirecte) aandelenbelang in Dikhout Ltd. Kortom, ook een schenking of vererving van kleine (indirecte) aandelenbelangen kan dus fiscaal zeer voordelig zijn!

Wat betekent dit voor de praktijk?

Voor de praktijk betekent het dat er door deze uitspraak meer ondernemers of bedrijfsopvolgers van de belastingvrijstellingen van de BOR gebruik kunnen maken. Een positieve ontwikkeling voor ondernemend Nederland!

Heb je vragen hierover? Bel 035-6315520 of mail naar info@fiscalistencooperatie.nl.

mr. Eva Meex over Bedrijfsopvolging

Bedrijfsopvolging kan op een fiscaal zeer aantrekkelijke manier gebeuren. Wil je jouw onderneming, in de vorm van een eenmanszaak, Vof of BV, bijvoorbeeld aan de kinderen overdragen, dan kunnen de fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten interessant zijn.

Ondernemers hebben vaak de droom dat hun kinderen te zijner tijd de zaak voortzetten. Zij willen daarmee hun kinderen een steuntje in de rug geven en, niet geheel onbelangrijk, het bedrijf ‘in de familie houden’. Ze willen hun kinderen daarbij vaak ook een gedeelte van de waarde schenken door de onderneming tegen een lage prijs aan de kinderen te verkopen of juist wel voor de werkelijke waarde te verkopen, maar daarna de koopsom kwijt te schelden. De fiscus ziet dit echter ook als schenken, en dus belasting betalen.

Wij begeleiden momentaal heel wat bedrijfsopvolgingen, waarbij wij veel belasting kunnen besparen voor de ondernemer in kwestie. Je hebt als ondernemer immers altijd met de fiscus te maken, terwijl je je bij een bedrijfsopvolging eigenlijk (terecht) drukker maakt over de emotionele en ook zakelijke aspecten van een goede opvolging van jouw bedrijf. Het is niet niks om het bedrijf dat je jarenlang met veel energie en investering nauwgezet hebt opgebouwd, over te dragen. Een geruststellend idee is het daarom om de onvermijdelijke fiscale kant door een specialist te laten afhandelen. De bedrijfsopvolging wordt daardoor nog aantrekkelijker.

Fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteit
Belastingheffing moet bij een bedrijfsopvolging geen belemmering zijn. Dat vindt de wetgever gelukkig ook. Daarom zijn er speciale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten in de wet opgenomen. Onder voorwaarden wordt over de eerste € 1.050.000 (afgerond) aan geschonken ondernemingsvermogen geen schenkbelasting geheven. Is de waarde van het ondernemingsvermogen hoger dan dat bedrag, dan is die hogere waarde voor 83% vrijgesteld van heffing. Met andere woorden: alleen over 17% van de ondernemingswaarde hoger dan € 1.050.000 wordt schenkbelasting geheven.

Om van deze regeling gebruik te maken, moet er aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Zo moet de overgedragen onderneming bijvoorbeeld minimaal vijf jaar worden voortgezet door jouw zoon of dochter. Verkopen zij de onderneming voor die tijd, dan moet er alsnog schenkbelasting worden betaald over de gehele waarde van de onderneming.

Wordt een onderneming overgedragen, dan kan ook inkomstenbelasting in Box 1 (winst uit onderneming) respectievelijk Box 2 (vervreemdingsvoordeel van aandelen) onder voorwaarden uitgesteld worden. Het verschil tussen de kostprijs en de commerciële waarde kan worden doorgeschoven naar de verkrijger. Een belangrijke voorwaarde is dat deze verkrijger al drie jaar mede-ondernemer of werknemer is. Dus mocht je hiervan in de toekomst gebruik willen maken, zorg dan op tijd voor een (deeltijd) arbeidscontract voor de kinderen die de zaak willen overnemen.

Als niet alle kinderen het bedrijf willen voortzetten, kunnen wij je uiteraard ook adviseren over een gelijke bevoordeling van de andere kinderen. Schakel in elk geval altijd een specialist in!

Contact
Mocht je n.a.v. dit artikel vragen hebben, neem dan contact op met mr. Eva Meex-Jungschlager via emeex@fiscalistencooperatie.nl of +31622483081.